Het nieuwe kabinet wil het pensioenstelsel per 2020 aanpassen. Hier zijn verschillende redenen voor. De twee belangrijkste zijn dat we niet meer zoals vroeger 40 jaar bij dezelfde werkgever werken en daar pensioen opbouwen. We leven in een wereld met meer arbeidsmobiliteit en zzp’ers. Als je bijvoorbeeld in het huidige systeem rond je 45^ste voor jezelf begint ben je het haasje. Je hebt dan teveel betaald voor het pensioen dat je gaat krijgen. Daarnaast worden we steeds ouder. De leeftijd waarop u AOW gaat krijgen schuift op om het systeem betaalbaar te houden. Deze veranderingen zorgen er voor dat het huidige pensioenstelsel gemoderniseerd dient te worden om op lange termijn te zorgen dat er voor een ieder nog een goed pensioen is.

U wordt pensioenbestuurder

De belangrijkste ingreep die men nu van plan is door te voeren is de afschaffing van de doorsneepremie. Dat wil zeggen dat er voortaan niet meer wordt gespaard in een collectieve pot waar uiteindelijk uw pensioen uit wordt betaald, maar dat we overgaan op een systeem waarbij iedereen een eigen pensioenpot krijgt. Voordeel is dat u meer keuzemogelijkheden krijgt over uw pensioen, maar dat heeft ook als gevolg dat u die regie moet gaan nemen. U wordt als het ware uw eigen pensioenbestuurder. Voor ZZP’ers geldt dat ze de mogelijkheid moeten krijgen om vrijwillig mee te doen bij bestaande pensioenregelingen. Of daar veel animo voor is moet nog blijken.

In het regeerakkoord 2017-2021 is aangegeven wat de contouren van het nieuwe pensioenstelsel moeten worden. Werkgevers en werknemers moeten het met elkaar gaan regelen.

Overgang is altijd lastig

De overgang van oude wetgeving naar nieuwe wetgeving zal lastig zijn. Want hoe verdelen we de huidige pot? De overheid zal daar een rol in gaan spelen door:

• Randvoorwaarden te bepalen, zodat de transitie evenwichtig verloopt voor alle deelnemers;
• Een financiële bijdrage te leveren aan de kosten van de transitie
• Er wordt daarnaast onderzocht of het mogelijk wordt om een deel van de pensioenreserve ineens op te nemen bij pensionering (bijvoorbeeld om daarmee de hypotheek af te lossen).

De sociale partners (de werkgevers- en werknemersorganisaties die er tot nu toe met elkaar niet uit zijn gekomen) hebben van het kabinet de opdracht om begin 2018 overeenstemming te bereiken over de nadere invulling. Dit is nodig omdat dit alles in wetgeving moet worden vastgelegd. En dat kost tijd. In 2020 zou het wetgevingsproces afgerond moeten zijn en de transitie een feit. U gaat hier de komende jaren dus veel over horen.